Wessel, 35 jaar oud, verkoopt zijn bedrijf om schrijver te worden. Samen met zijn vrouw reist hij naar Frankrijk, waar hij over Monsieur Poubelle, de uitvinder van de vuilnisbak, schrijft. Maar de roman flopt. Als hij vervolgens zijn fortuin verliest, wijdt hij zich aan de handel in Sovjetkunst. Na een aantal schandalen verzet hij de bakens en gebruikt hij zijn connecties om een zetel in het Europees Parlement te bemachtigen. Het duurt niet lang voordat hij zich laat corrumperen. Wanneer zijn vrouw hem verlaat, verliest hij alle moreel. Op het hoogtepunt van de Maidan-revolutie komt Wessel erachter dat hij een zoon heeft in Oekraïne. Halsoverkop vertrekt hij…