Tijdens een wandeling door het bos ontdekt Samuel Hagenauer een uitgebrand autowrak met daaronder een lijk. Niet ver daarvandaan ligt het voormalige doorgangskamp Westerbork, waar hij als archeoloog werkt. Maar tijdens het politieonderzoek blijkt dat er ook banden zijn met drie voormalige leden van de Rote-Armee-Fraktion …
»De manier waarop Marcel Möring in zijn eerder dunne roman zulke heterogene draden weet te verbinden tot een intense, meeslepende reflectie over liefde en ware nabijheid is meesterlijk en laat een blijvende indruk na.« – Brigitte Schmitz-Kunkel, Kölnische Rundschau
Marcel Möring, geboren in 1957 in Enschede, studeerde twee jaar Nederlandse literatuur, maar stopte daarna om zich volledig aan het schrijven te wijden. Tegenwoordig wordt hij beschouwd als een van de belangrijkste schrijvers van Nederland, wiens boeken in 15 talen zijn vertaald.